Kardinaalsmuts

Aanplanten

De Japanse kardinaalsmuts groeit in elke tuingrond, zowel op kleigrond, als zandgrond en veengrond. Als de grond van de kluit niet vochtig is, dompel dan de kluit voor het planten in een emmer met water. Zet hem daarna in het plantgat en vul deze aan met de omliggende aarde gemengd met compost of potgrond. Als de bodem er droog uitziet, maak dan het plantgat voor dat je de kluit erin zet, goed nat. Druk de plant stevig aan. Zorg dat de grond het eerste jaar niet uitdroogt, zeker niet de eerste maanden als de wortels nog vrij ondiep zitten. Je moet er wel voor zorgen dat als er veel water komt dat dat snel naar de ondergrond wegtrekt. Blijven er langer dan een dag plassen staan, of blijft de bovengrond een paar dagen modderig, dan zit er een harde laag in de grond. Deze harde laag moet verwijderd worden voordat je begint met aanplanten. Test dus voordat je gaat aanplanten of er een harde laag in de grond zit.

Bemesting

De Japanse kardinaalsmuts is een zeer eenvoudige plant qua verzorging. Wat betreft de standplaats kan de Euonymus japonicus ‘Green Spire’ op zowel een zonnige, halfschaduw plek in de tuin staan. Schaduw kan de Euonymus japonicus ‘Green Spire’ ook goed verdragen, maar de plant groeit dan wel iets minder snel. Je kunt de grond rondom de Japanse kardinaalsmuts elk jaar in de april-mei licht bemesten met een natuurlijke DCM-meststof die ook toepasbaar is in de bio-tuin. Eco-style is ook een geschikte meststof. Als je wil dat de planten niet zo hard groeien, geef je maar de helft van de aanbevolen dosering. In een goed bemeste tuin groeien de planten vanaf het tweede jaar 10-20 cm per jaar. Als ze ouder zijn, wordt dat minder.

Snoeien

In een goed bemeste tuin groeien de planten 10-20 cm per jaar. Om de haag strak te houden hoef je maar 1 keer per jaar te snoeien Je kunt dat het beste doen eind mei. Er komen geen bloemen en bessen aan de haag. Als je de planten niet snoeit worden ze ongeveer 80 cm hoog.